In een houtwal leven veel insecten, vogels en kleine en grotere zoogdieren. Voor deze dieren is variatie van belang. Met het uitvoeren van beheer kunt u dat bevorderen. Door het afzetten of snoeien van een boom, ontstaat licht en ruimte voor kruiden en struiken. Dit zorgt voor meer voedsel, schuil- en broedgelegenheid. Kap niet zomaar alle bomen, oude bomen bieden door spleten en holtes een natuurlijke broedplek.
Doet u mee aan het ANLb-pakket bosje of hakhout? Dan heeft u tot 15 maart de tijd om uw snoei- en zaagwerkzaamheden uit te voeren. Op 15 maart start het broedseizoen van veel vogels en zou u onbedoeld voor verstoring kunnen zorgen. Het is van belang dat u uw uitgevoerde werkzaamheden binnen twee weken aan ons doorgeeft. Neem hiervoor contact op met uw gebiedscoördinator via e-mail, telefoon of via het online meldingsformulier.
Geelgors en oranje zandoogje
De geelgors (vogel) en oranje zandoogje (vlinder) zijn twee soorten die in Drenthe veel voorkomen in vergelijking met de rest van Nederland. Beide soorten maken gebruik van houtwallen. Goed onderhoud van de houtwal, zorgt voor een geschikt leefgebied voor deze soorten.
De geelgors bouwt zijn nest op een beschutte plek in de kruid- of struiklaag van een houtwal en maakt ook in de winter gebruik van de houtwal. Ze eten voornamelijk graan en andere zaden. Als er gevaar dreigt, vluchten ze de houtwal in. Kruidenrijke akkerranden worden daarom vaak langs houtwallen aangelegd.
Het oranje zandoogje gebruikt een houtwal vooral voor beschutting. Ze zijn voornamelijk te zien in de maanden juli en augustus, vaak zonnend op bladeren van bomen, struiken of kruidachtige planten. De vlinder legt zijn eitjes in het aangrenzende grasland. Voor deze soort is het goed om niet al het gras in een keer te maaien, maar gefaseerd door een deel te laten staan. Daarom wordt houtwalbeheer vaak gecombineerd met een botanische graslandrand.