-
Gieterstraat 45 9451 TE Rolde
-
Gieterstraat 45 9451 TE Rolde
Eind februari heeft bodemkundige Coen ter Berg, in opdracht van het Louis Bolk Instituut, op twee percelen die doorgezaaid gaan worden de 0-situatie in kaart gebracht. Daarbij is gekeken naar bodemstructuur, bodemleven, doorworteling en waterhuishouding. Op één van de percelen was vooral in de diepere lagen (25-50 cm diep) de kwaliteit minder goed. Het doorzaaien van kruiden zal kunnen helpen om de bodemstructuur te verbeteren.
Het bedrijf van Peter ligt op zandgrond. Uit eerder laboratoriumonderzoek naar de bodem was al bekend dat het organische stofgehalte, de zuurgraad, de beschikbaarheid van kalium en magnesium en de bindingscapaciteit (vasthouden van voedingsstoffen) in orde zijn. De hoeveelheid fosfaat in de bodem is wel een aandachtspunt: daarvan kan de bodem van nature minder leveren dan een gewas gewoonlijk nodig heeft.
Op dit bodemtype heeft kalk een positief effect op het bodemleven, waardoor meer van de in de grond aanwezige voedingsstoffen beschikbaar komen voor de kruiden. Dit versterkt de groei van de kruiden, die daardoor de concurrentie met het bestaande gras beter aankunnen. In de toekomst wil Peter onderzoeken of de doorzaaimachine ook kleine hoeveelheden kalk kan toevoegen aan het zaaibed. Maar eerst richt hij zich op een goed inzaairesultaat.
Bodemprofiel. Links: bovenste laag in goede conditie.
Rechts: overgang diepere laag met minder humus.
De beoordeling in het veld bracht interessante verschillen tussen de twee percelen aan het licht. Op het eerste perceel was de bovenste laag (0 – 25 centimeter) op alle fronten in een prima conditie. De laag daaronder (25 – 50 centimeter) was iets schraler en compacter, maar kreeg nog steeds een ruime voldoende. Wel was het effect van de natte winter goed merkbaar: de bouwvoor bleek verzadigd met water en vooral in de buurt van de sloot uitgesproken nat. De waterhuishouding scoorde daarom een 6,5.
De bodemconditie op het tweede perceel was duidelijk minder. In het verleden hebben bodembewerkingen en het uitrijden van grond van elders hier voor verstoringen in de ondergrond gezorgd. De bovenste laag, van 10 centimeter dik, scoorde een 9 voor structuur, bodemleven en beworteling, maar de verdichte laag daaronder (10 – 50 cm) kreeg een 4. De waterhuishouding werd met een 5 als onvoldoende beoordeeld. Met de woelpoot en de frees van de zaaicombinatie kan de bodemverdichting grotendeels worden opgeheven, en als het goed is, doen de wortels van de kruiden daarna de rest.
Update 17-4-2020
Inmiddels heeft ook Nico Minnema van Successie Natuurzaken een 0-meting gedaan. Hij zal effecten van het doorzaaien op biodiversiteit volgen.
Wormen: een graadmeter voor bodemkwaliteit