Introductie

Eiwitgewassen hebben meerwaarde voor akkervogels. Eiwitgewassen die pas gemaaid zijn, hebben een grote aantrekkingskracht op veldleeuweriken. Bij een regulier maairegime is de rustperiode te kort voor leeuweriken om de jongen groot te brengen, waardoor reguliere teelt een ecologische val is. Door een aangepast maairegime aan te houden, zijn deze eiwitgewassen wel geschikt als broedhabitat voor veldleeuweriken en kwartelkoning.

Om te broeden wordt de eerste maaibeurt in luzerne uitgesteld tot minimaal 15 juni. Tussen de eerste en tweede maaibeurt wordt een periode van minimaal 7 weken rust aangehouden. Voor percelen waar ook kwartelkoningen gedurende de rui blijven, wordt 10 weken rust aangehouden tussen de eerste en de tweede maaibeurt.

Een aantal eiwitgewassen zijn vanwege de structuur en het feit dat ze tot bloei komen aantrekkelijk voor akkervogels, zeker in combinatie met akkerranden en andere permanente akkerhabitats. In dit beheerpakket is daarom ook de teelt van veldbonen en erwten opgenomen. De data waartussen het gewas aanwezig moet zijn, zijn afgestemd op de teelt van deze gewassen.

Beheereisen

• Pakket a en b: Minimaal 90% van de oppervlakte bestaat van 1 juni tot 15 augustus uit luzerne;
• Pakket c: Minimaal 90% van de oppervlakte bestaat van 1 juni tot 15 juli uit erwten of winterveldbonen;
• Pakket d: Minimaal 90% van de oppervlakte bestaat van 1 juni tot 15 augustus uit zomerveldbonen;

Beheervoorschriften

• Pakket a: De periode dat luzerne er staat is het minimum, dit biedt gelegenheid voor inzaaien en eventueel na het laatste jaar het gewas te vernieuwen;
• Variant a en b: Er wordt voor het maaien gecontroleerd op nesten of op aanwezigheid van ruiende kwartelkoningen;
• Pakket a: Maairegime: eerste maaibeurt niet voor 15 juni. Tussen de eerste en tweede maaibeurt  wordt een periode minimaal 7 weken rust aangehouden;
• Pakket b: Maairegime: eerste maaibeurt niet voor 15 juni. Tussen de eerste en tweede maaibeurt  wordt een periode minimaal 10 weken rust aangehouden;
• Pakket a en b: Direct na de eerste snede eventueel bemesten met vaste mest (enkel buiten de eventuele bufferstrook GLMC4);
• Alle varianten: Chemische onkruidbeheersing is enkel mogelijk conform het 'Protocol gebruik herbiciden  pakketten open akkerland' bij agrarisch natuurbeheer;
• Gebruik van insecticiden is niet toegestaan;
• Mechanische onkruidbeheersing is niet toegestaan na inzaaien;
• Bewust gebruik van herbiciden/fungiciden is toegestaan in dit pakket, zodat er geoogst kan worden, en zodat het past binnen een gangbaar bouwplan (enkel buiten de eventuele bufferstrook GLMC4);

Pakketvarianten